Nee, een bonusgedicht levert het niet op. Net zoals ik dat eerder bij Vloedlijnen van Piet Gerbrandy deed, zette ik alle afwijkend gezette woorden in Dagen in huis van Roelof ten Napel op een rij. Het leverde niet zo veel op, of ik moet iets over het hoofd zien.
kijk
hand
wonen
mij
dit
hier
iedereen
slag
ritme, regelmaat
kchiaaaa, kchichjch
odezwę się jutro
mij
hier
deze
The clouds methought would open.
And so on and so on and so on.
like a child from the womb,
like a ghost from the tomb, I arise
and unbuild it again womb
baarmoeder
boezem
schoot
boezem, schoot
Als een kind
uit de schoot,
als een spook uit de dood
geld muntje
hoe goed het is dat zonen van hetzelfde huis
als broeders samenwonen
hier
Van geluk
is wijsheid de kroon
stijgt
in ons
remake
als een boekensteun
Wij zijn op onze verhalen gaan lijken.
blijft
Er zit ook weinig lijn in het cursiveren. Hier en daar lijkt Roelof ten Napel ergens de nadruk op te willen leggen. Maar vaker betreft het een tekst in een andere taal of een titel.
Dat mij geen bonusgedicht gegund is, doet niets af aan wat Dagen in huis is: een intieme bundel, waarin het zelf op de vierkante centimeter wordt onderzocht. Binnen blijft niet beperkt tot binnenshuis, maar gaat ook over het innerlijk. Terwijl het membraam dat het innerlijk van de buitenwereld scheidt ook onderwerp van observatie is. Roelof ten Napel toont zich een zelfverzekerd zoeker die blijft stilstaan bij voorwerpen, verschijnselen, handelingen, ledematen, rituelen. Als hij een onderwerp herneemt, is dat niet om te herhalen of te benadrukken, maar om aan te vullen. Dat voorzichtige tasten, spreekt al uit de titels van de afzonderlijke gedichten:
EERST NOG DIT
IN EEN GROOTSCH VERBAND
IETS OVER DE HAND
ERGENS HOREN
DAT ANDERE
IN HET RAAM
MEER OVER RAMEN
OVER TAFELS
MEER OVER TAFELS
WIE ZICH SAMEN HERHAALT
UIT HET RAAM
NOG IETS OVER HANDEN
HANDEN, POOTJES
OVER SCHRIFT
NOG IETS OVER SCHRIFT
WAT IK BINNEN ONTVANGEN KAN
HAND ALS KOM
MEER OVER POTEN
HAAST TASTEN
GEBED MET HANDEN
EEN VRAAG OVER DAGEN
NOG IETS OVER DAGEN
OVER WOLKEN
MEER OPMERKINGEN OVER WOLKEN
EEN ENGELSE WOLK
OVER REGEN
MEER REGEN
ALS IN REGEN
WAT OVERBLIJFT, WAAROP JE LIJKT
WAT NET GEEN RITUEEL KAN HETEN
DIT BEWONEN
IEMAND BINNEN
ZICH VERPLAATSEN
WAT ZICH IN HEM VOLTREKT
IETS OVER HOEKEN
BIJ HEIDELBERG, LEZEND
AAN DE HOOP
PS
WAT ZICH WENDT
NABERICHT
NOG IETS ANDERS
VRAGEN OVER HOEKEN
IETS WEER TEGENKOMEN
AAN TAFEL, DAAR
VOOR DE DAGEN DAARNA
WAT DEZE AFSTAND MOGELIJK MAAKT
IN DE TUIN
IETS OVER RUST
WAT NOG ONAF VERSCHIJNT
Al zitten er nog meer dwarsverbanden in de gedichten dan de titels al doen vermoeden.
Terwijl de afzonderlijke gedichten elkaar ook weer niet zo nodig hebben dat ze niet op eigen benen kunnen staan.
WAT NET GEEN RITUEEL KAN HETEN
In de avond alle lichten één voor één aanknippen
en weten welke gedaante deze kamer dan aanneemt.
In welk licht is je gezicht je echte,
in welk licht zie je de gezichten van wie je kent?
Misschien stel ik me mijn naasten ’s ochtends
anders voor dan ’s avonds. Wat verandert er
als ik binnen de lampen doof? Het geheugen
kent onze innerlijke plattegronden,
het verlangen wéét welke plaatsen
naast elkaar hadden moeten liggen.
Ze bewaren wat niet plaatsvond, in hetzelfde huis –
wie we haast waren
op haast dezelfde plek.
Leave a Reply